VBO Vastgoed Adviseur, november 2021

investeerders zag een aankoop van het appartementengebouw wel zitten. Men was bereid om € 3,5 miljoen te betalen. De Wever sloot met hen een koopcontract. Hij zou de appartementen leveren op 1 februari van het volgende jaar. Hij was buiten zichzelf van vreugde. Dat had hij toch maar weer eens goed voor elkaar. Een mooie winst waarvoor hij normaliter best wel flink moest ploeteren in het ziekenhuis. Het einde van het jaar De aanvraag voor de splitsingsver- gunning verliep intussen met de snelheid van een redelijk fitte slak. Maar afijn; op de laatste dag van het jaar lag er toch een splitsings- vergunning. Deze was nog niet onherroepelijk, de beroepstermijn zou eind januari aflopen. De We- ver peinsde er vanzelfsprekend niet over om een beroep te gaan doen op de ontbindende voor- waarde. Daar was toch geen enkele reden voor. Integendeel! De verko- per Heuvelmans dacht daar echter heel anders over. Op 2 januari ont- ving DeWever een brief. In die brief stond dat Heuvelmans een beroep deed op de ontbindende voor- waarde. Immers: er was tegen het eind van het jaar nog steeds geen onherroepelijke splitsingsver- gunning. In het koopcontract was niet vermeld dat uitsluitend De Wever daarop een beroep zou kunnen doen. Dat betekent dan, dat ook de verkoper Heuvelmans hierop een beroep kan doen. Teveel gedronken? De Wever las de brief met stijgende verbazing. Hij veronderstelde dat Heuvelmans wellicht bij het nieuwjaarsfeestje iets te veel had gedronken, geslikt, gesnoven of anderszins zich te buiten was gegaan aan verboden middelen. Hij nam de brief niet serieus. De Wever vroeg aan de notaris om de leveringsakte voor te bereiden. De notaris weigerde. Hij wees erop dat de koopovereenkomst is ontbonden door Heuvelmans. Volgens de notaris was in de koopakte niet vermeld dat uitsluitend De Wever zich op de voorwaarde kon beroepen, en volgens vaste rechtspraak kunnen dan beide partijen zich op de ontbinding beroepen. Dat is ook het geval als de andere partij daar helemaal geen belang bij zou hebben. De Wever wendde zich witheet tot een advocaat. Deze advocaat bevestigde de lezing van de notaris. De notaris volgde keurig de bestendige rechtspraak. Het humeur van De Wever werd er niet beter op toen hij op zijn beurt de vraag kreeg van zijn kopers wanneer de appartementen geleverd zouden worden. Toen De Wever het probleem vertelde, waren deze kopers duidelijk. Nou, meneertje De Wever, no problemas: u bent straks in gebreke en betaalt dan gewoon de contractuele boete van 3 promille van de koopsom per dag tot aan de dag van nakoming, dus dagelijks € 10.500. De Wever moest dus maar wat centjes gaan reserveren. Vaststellings- overeenkomst Reden voor De Wever om opnieuw contact op te nemen met Heuvelmans. Heuvelmans was natuurlijk de kwaadste niet. Hij was best wel bereid om De Wever tegemoet te komen. Maar tsja, voor wat hoort wat. Als De Wever nou in plaats van € 2 miljoen € 3,1 miljoen zou betalen dan was er geen vuiltje aan de lucht. De Wever weigerde. Hij zou wel in kort geding nakoming vorderen van deze koopovereenkomst. Helaas voor De Wever, maar de kortgedingrechter zag het allemaal niet zitten. De vordering van De Wever werd afgewezen. Knarsetandend moest hij de koopsom aanzienlijk verhogen. Door al het geprocedeer en geruzie was het inmiddels alweer 12 maart geworden. Nog voordat De Wever aan zijn kopers berichtte dat hij alsnog het gebouw kon leveren berichtten de kopers hem dat zij de koop ontbonden. Het gevolg was, dat De Wever € 350.000 aan contractuele boete moest betalen aan zijn kopers. Bovendien moest hij nu zelf de appartementen gaan ontwikkelen of het gebouw opnieuw verkopen. Uiteindelijk lukte dat laatste wel, maar helaas voor € 3 miljoen. Eind van het liedje: hij was een half miljoen armer. Tsja, soms zit het mee en soms zit het tegen. (de namen zijn gefingeerd) advocaat te Rotterdam www.vandesandeadvocaten.nl Mr J.A.M. van de Sande, V B O M A K E L A A R . N L NOVEMBER 202 1 32 VASTGOED ADV I SEUR |

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=